Vorige week woensdag was ik in Leiden bij het Textiel Research Centre. Daar is een tentoonstelling over Feed Sacks.
De Amerikaanse katoenen zakken waarin voedingsmiddelen vroeger werden verpakt. Ik had in het voorjaar een artikel gelezen over een boek over feed sacks en mijn belangstelling er voor is er door gewekt.Het leek mij een leuk boek: Feed Sacks. The colorful history of a frugal fabric. Geschreven door een quiltster, die er ook nog eens een stoffen lijn bij heeft ontworpen. Toen ik de aankondiging van de tentoonstelling zag en het workshop programma met de schrijfster van het boek als docent, heb ik mij direct aangemeld.
Het TRC in Leiden is gevestigd in een niet zo groot winkel pand in een hele drukke straat in Leiden. Ze zijn duidelijk uit hun jasje gegroeid. De tentoonstelling in het voorste deel van de winkel is niet groot, maar wel heel erg leuk.
De rondleiding werd gegeven door Linzee McCray. De schrijfster van het boek. Ze is speciaal voor deze tentoonstelling een paar dagen in Nederland en verzorgt rondleidingen en workshops. De rondleiding was ontzettend leuk. Ze wist zo veel te vertellen. We hingen aan haar lippen. Ze wees allerlei details aan in de kleding.
Ze was vol bewondering voor de vrouwen, die een compleet huishouden moesten runnen met 4, 5, 6 of meer kinderen, zonder de hulpmiddelen, die wij kennen en zonder voorbewerkt voedsel zoals wij in de super markt kunnen kopen.
En daarnaast vonden ze tijd en energie om kleding te maken, vaak voor het hele gezin. Als je dan ziet welke details ze aanbrachten, randjes, zakjes, zoompjes enz dan kun je niet anders dan met haar instemmen. Ze vertelde natuurlijk ook het verhaal van de feed sacks.
Vroeger werd voedsel, zoals meel, mais, bonen en suiker en veevoer in tonnen verpakt. Maar toen de naaimachine zich ontwikkelde en vooral toen de stiksteek werd uitgevonden, kon voedsel in katoenen zakken worden verpakt. De stiksteek kon uitgevoerd worden met stevig dik garen, dat sterk genoeg was om het grote gewicht in de zakken te dragen. Zakken waren veel gemakkelijker te vervoeren en op te slaan. En je kon ze in verschillende maten maken. Een huishouden had veel meel nodig en mais, maar veel minder suiker en nog minder zout. Daarvoor werden kleinere zakken gebruikt. De eerste zakken waren van zware canvas en werden hergebruikt.
De boeren brachten hun oogst en hun lege zakken naar de molenaar. Op de zakken stond de naam/het logo van de boer/producent gedrukt.
Tegen het eind van de 19e eeuw kwamen goedkope katoenen zakken in gebruik. Ze waren in eerste instantie wit en de cirkelvormige gekleurde logo's van de producenten werden er op gedrukt.
Vrouwen kregen al snel in de gaten, dat ze het katoen voor allerlei doeleinden konden gebruiken en deden dat ook volop. Ze maakten er handdoeken, theedoeken en kussenslopen van.
Het duurde een poosje voor de fabrikanten dit in de gaten kregen, maar toen dat eenmaal gebeurde, werd het maken van de zakken in gekleurde stoffen en later in bedrukte stoffen een belangrijk marketing instrument.
Rond 1925 was er al een groot aanbod aan verschillende prints op de feed sacks en rond 1930 was er grote concurrentie tussen de verschillende merken om de leukste en meest gevraagde afbeeldingen te maken. Zo kon je de klant binden aan je merk!
Vrouwen maakten er kleding van voor hun kinderen en voor zichzelf. Ze kochten meerdere zakken met dezelfde opdruk om er bijvoorbeeld een jurk voor zich zelf van te maken. Er werd ook onderling veel geruild en mannen werden met een staaltje stof naar de winkel gestuurd met de opdracht met dat printje terug te komen. Ook vee voeder, kippen voer, zaad en kunstmest werden in katoenen zakken verkocht. Op een kippen boerderij werd veel mais gebruikt en er was daar vaak een overvloed aan feed sacks. Deze werden doorverkocht en leverden zo een aardige bijdrage aan het gezinsinkomen.
De prints op de feed sacks volgden de mode,
volgden trends uit de filmwereld
en werden ook speciaal voor kinderen gemaakt.
Vrouwen uit alle lagen van de bevolking gebruikten de feed sacks voor kleding, huishoud textiel, speelgoed en quilts.
Dit heeft tot ver na de Tweede Wereld oorlog geduurd. Toen kwamen anders soortige verpakkingsmaterialen op de markt en deden supermarkten met hun grote assortiment hun intrede. Vrouwen hoefden niet meer alle etenswaren zelf te maken en hadden niet meer zo veel bloem, bonen ed. in voorraad. Goedkope en voor een grote groep inwoners betaalbare confectie mode deed zijn intrede. Een 50 jaar oude traditie kwam ten einde.
Ik kan iedereen aanraden deze kleine leuke tentoonstelling te gaan bekijken. Voor de kosten hoef je het niet te laten: € 5 toegang. Maar heb je geen tijd, dan biedt de website veel informatie.
In de middag gaf Linzee McCray een workshop.
Wat een aardige vrouw en wat kan ze goed vertellen!
Ze liet ons lichtplaatjes zien van antieke stripquilts en
ze had ook een aantal tops uit haar eigen verzameling bij zich.
Strip quilts worden al heel lang gemaakt.
Ze bestaan in een enorme variëteit.
Je kunt elk snippertje stof gebruiken!
Je kunt elk snippertje stof gebruiken!
Ze worden tegenwoordig ook weer veel gemaakt
door zowel traditionele als moderne quilters!
We kregen een lesje in het maken van strip blokken op papier.
Ze had een paar voorbeelden en materialen meegenomen
En al gauw waren we allemaal hard aan het werk
met deze eenvoudige techniek, met vele mogelijkheden.
Het was een superleuke dag!
Groeten, Marina.
Leuk verslag heb je er van gemaakt. Ik heb ook erg genoten van de tentoonstelling. Een aanrader.
BeantwoordenVerwijderen